De snelheid waarmee aan afbraak wordt gedaan blijft ons verbazen. Gelukkig wordt er nadien terug opgebouwd, dikwijls groter, dieper en hoger. In welke mate geldt afbraak en opbouw ook voor volkskunst?
Op 5 december jongstleden werd de dag van de vrijwilliger georganiseerd. Terwijl vocht onze regering tegen de val. Wat door sommige analysatoren beschouwd werd als een hoogmis van de democratie, zal menig vrijwilliger als een ver-van-de-realiteit show beschouwd hebben. We maken enkele overwegingen rond de jaarwisseling.
Geert Bourgeois lanceerde in zijn toespraak ter gelegenheid van de 11 juliviering editie 2018 een interessante museum-gedachte. Sven Gatz werkte zich in de kijker door zijn commentaar op de lezing uit de brief van Paulus aan de Efesiërs van zondag 26 augustus jl. We reflecteren verder op wat onze beide ministers ons te vertellen hadden.
was de titel van een volksspel, gedragen door de 11 Novembergroep. Het werd voor het eerst uitgevoerd in Kemmel op 11 november 1978. Daarna begon het gezelschap een ronde door Vlaanderen. Meer dan 16.000 toeschouwers kregen zo de gelegenheid om dit stuk over Wereldoorlog I, voor en door eenvoudige mensen te smaken. Ondertussen zijn we 40 jaar verder. Naarmate 2018 vordert, zal de ene manifestatie na de andere over WO I geprogrammeerd worden. IVV wou zeker niet de laatste zijn met een bijdrage.
De Duizend Klassiekers van Radio 2 liggen alweer een hele tijd achter ons. Ze hebben weinig met volksdans te maken. Maar, volksdans of niet, muziek speelt een belangrijke rol in cultuurpatrimonia. In hoeverre kan de Vlaamse volkskunstgemeenschap een rol spelen in het aanbrengen van waardevolle muzikale bijdragen, al dan niet leidend tot dans?
Grasduinen in archieven geeft ons een beter inzicht in het heden. We keren voor een wijl terug naar de jaren ’70 om te zien hoe we dan omgingen met volkskunst. We eindigen evenwel bij het heden.
Een volk zonder verleden heeft geen toekomst. In hoeverre geldt dat ook voor de volkskunstminnende gemeenschap?
Een tarweveld van één hectare oogsten en verwerken, vraagt 350 mens-uren. Gelukkig helpen machines de moderne landbouwer om de klus te klaren. Maar hoe zit het op het volkskunst-veld, of nog ruimer: hoe klaren we de klus in de sector van immaterieel cultureel erfgoed?
Zondag 23 april jl. was het weerom Erfgoeddag. Het thema werd vervat in één eenvoudig woord: ZORG. Erfgoeddagen werpen licht op de geschiedenis. Geschiedenis brengt ons bij het heden. We gaan nader in op enkele aspecten van de huidige gezondheidszorg. We komen uiteindelijk terecht bij de dans als activiteit om onze gezondheid te bevorderen.
Ik word telkens stil wanneer ik het lied ‘De fanfare van honger en dorst’ hoor. Jan De Wilde schreef naast een prachtige tekst, die geweldige weemoedige muziek. Tekst en muziek versmelten tot een warme rustgevende harmonie. Harmonie bereiken blijft een uitdaging in het leven van elke dag, waarin volkskunst een allesomvattende plaats inneemt.
Het is wellicht een schrikwekkend beeld voorgoed vergeten te zijn. Meteen ook te beseffen dat wat we geweest zijn en wat we gedaan hebben in het niets kan verzinken. In welke mate kan actief bezig zijn met volkskunst de gedachte aan mensen levendig houden? Dit editoriaal gaat over anti-vergeet activiteiten.